Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hij zond [12]de jongelingen van de kinderen Israels, die brandofferen offerden, en den HEERE dankofferen offerden, van [13]jonge ossen. 12. Dat is, de eerstgeborenen, die priesters of offeraars waren, totdat de Levieten [die in de plaats der eerstgeborenen genomen zijn, Num.3:41], tot het priesterambt verordineerd zijn geworden. Het Hebreeuwse woord jongelingen betekent niet altijd die jong van jaren zijn, maar ook diegenen, die bekwaam waren om dienst te doen, hetzij in de kerk, politie, krijg, of voor hun ouders of vrienden. 13. En ook van andere beesten; Hebr.9:19.